De gele scooter: Opdracht

Opdracht niveau start | Personages

Titel De gele scooter
Niveau boek niveau Start
Opdracht niveau Start | Personages
Studielast 1 uur
Werkvorm alleen
Focus personages: gevoelens
Je leert Je leert de gevoelens van de personages in kaart te brengen.
Gemaakt door Esther Burger

A

De ene dag ben je vrolijker dan de andere dag. Dit hangt soms van de situatie af. Voor je verjaardag ben je misschien zenuwachtig en na een verloren wedstrijd chagrijnig.

Hoe zou jij je voelen in onderstaande situaties? Leg kort uit waarom. Neem de tabel over en vul deze in.

Kies uit de volgende gevoelens: afschuw – angstig – bezorgd - blijdschap – eenzaam – gelukkig – geschrokken – jaloers – kwaad – ongeduldig – schaamte – trots – verbazing – verdrietig – verliefd – vermoeid – zenuwachtig 

Hoe zou jij je voelen als je emotie uitleg
de eerste keer gaat bungeejumpen.
de winnende goal maakt.
een onvoldoende voor een toets haalt.
een spin in de slaapkamer ontdekt.
achteraan in de rij bij de kassa staat.
je overleden cavia begraaft.
voor een volle zaal optreedt.
in een drukke winkelstraat uitglijdt.

B

In De gele scooter tonen Wies, Isis en Spike verschillende gevoelens. Noteer voor elk personage twee gevoelens uit de lijst bij opdracht A. Leg met een voorbeeld uit waarom je voor deze emoties kiest. 

  • Wies: ... + ..., omdat ... 
  • Isis: ... + ..., omdat ... 
  • Spike: ... + ..., omdat ... 

C

  1. Volgens het woordenboek Van Dale betekent ‘frustratie’: ontevredenheid en ergernis, omdat het niet gaat zoals je wilt. Bij wie van de drie personen vind je de emotie ‘frustratie’ het best passen? Leg uit.
  2. Is deze frustratie volgens jou terecht? Leg uit.

D

  1. Isis heeft het misschien nog wel moeilijker dan Wies. Hoe komt het dat Isis zich zo rot voelt?
  2. Als Isis de tijd kon terugdraaien, wat zou ze dan moeten doen volgens jou?

E

De gele scooter is een verhaal waarin verschillende en heftige emoties voorkomen.

  1. Wie gaat er volgens jou het best met haar/zijn emoties om? Leg je antwoord uit.
  2. Welke emoticon zou jij op het boek plakken en waarom?
  3. Wat doen de emoties van Wies, Isis en Spike met jou als lezer? Leg je antwoord uit.