Air time: Opdracht

Opdracht niveau 2

In deze opdracht gaan we niet in op de inhoud van het verhaal, maar op de manier waarop Marc van Velzen zijn verhaal heeft geschreven. Er valt namelijk een aantal zaken op. Uiteindelijk geef je je mening over Van Velzens vertelwijze. 

Titel Air time
Niveau boek niveau 1
Opdracht niveau 2
Studielast 1 uur
Werkvorm individueel
Focus vertelwijze
Je leert reflecteren op het effect van de vertelwijze
Gemaakt door Esther Burger

A


Het eerste wat opvalt tijdens het lezen is dat Air Time begint met een proloog. Een proloog is een stuk tekst dat de inleiding vormt op het verhaal dat erna volgt. Het doel van een proloog is dat de lezer nieuwsgierig wordt.

Neem de volgende uitspraak over, maak een keuze en vul aan:

De proloog in Air time is wel/niet nodig, want [... ]. 


B

Er is ook iets aan de hand met de hoofdstukken. De zestien hoofdstukken hebben namelijk geen titel. Geef hoofdstuk 2, 5, 9, 12 en 16 een titel en leg per hoofdstuk uit waarom je voor deze titel gekozen hebt.


C

Wat ook bijzonder is, is dat de gedachten van Sebastiaan schuingedrukt staan. 

Vraag 1

Waarom heeft de schrijver hiervoor gekozen, denk je?


Vraag 2

Stel, de gedachten van Sebastiaan waren niet of niet zo duidelijk weergegeven. Wat voor een effect heeft dat op het verhaal? Kies en leg je antwoord uit. 
Dit maakt het verhaal:

Optie A: interessanter
Optie B: mooier
Optie C: saaier
Optie D: verwarrender
Optie E: vlotter
Optie F: anders, namelijk ...

D

Op bladzijde 120 lezen we hoe Sebastiaan dé BMX-stunt voor zich ziet en alle stappen doorloopt. Sommige woorden, zoals AFZETTEN ­­­staan in hoofdletters weergegeven en er staan pijltjes bij.

Vraag 1 

Wat vind je van de manier waarop de grote BMX-stunt is beschreven? 


Vraag 2

Begrijp je door dit stappenplan nu beter wat voor stunt Sebastiaan en Jort uithalen? Leg je antwoord uit. 


E

Wat vind jij van de manier waarop de schrijver zijn verhaal vertelt? Noteer je mening over de vertelwijze (structuur, opbouw en stijl) van het boek in ongeveer 50 woorden. Onderbouw je mening met voorbeelden uit het boek.