Alaska: Opdracht

Opdracht niveau 2 | Levenslessen

Titel Alaska
Niveau boek 1
Opdracht niveau 2 | Levenslessen
Studielast 1 uur
Werkvorm individueel
Focus levenslessen
Je leert over de invloed van bepaalde uitspraken op iemands leven.
Gemaakt door Esther Burger

A

Hieronder lees je enkele tegeltjeswijsheden.

  1. Welke wijsheid past het best bij jou? Leg je antwoord uit.
  2. Welke wijsheid past het best bij het boek Alaska? Leg je antwoord uit.
  • Vallen is niet erg, blijven liggen wel. 
  • Als de moed je weer eens in de schoenen zakt, ga dan op je kop staan.
  • Geniet vandaag, herhaal ’t morgen. 
  • Het leven is een groot feest, maar je moet wel zelf de slingers ophangen. 
  • Een dag niet gelachen, is een dag niet geleefd. 
  • Het kan niet iedere dag feest zijn, maar wel een beetje. 
  • Leven is het meervoud van lef. 
  • Het mooiste wat je kunt worden is jezelf.

B

Zowel Sven, Parker als de vader van Parker veranderen in de loop van het verhaal door wat zij hebben meegemaakt en door wat zij met elkaar besproken hebben.

  1. Waardoor verandert Sven? 
  2. Waardoor verandert Parker?
  3. Waardoor verandert de vader van Parker?

C

Neem de onderstaande tabel over.

  1. Noteer in de middelste kolom bij elk personages twee karaktereigenschappen die bij ze passen aan het begin van het verhaal. 
  2. Noteer in de laatste kolom bij elk personages twee karaktereigenschappen die bij ze passen aan het eind van het verhaal. 
  3. Over welk(e) personage(s) heb je tijdens het lezen een andere mening gekregen? Licht je antwoord toe. 
Personage Begin van het verhaal Eind van het verhaal
Sven
Parker
Vader van Parker

D

Hieronder vind je twee uitspraken die uit het boek komen. Geef bij elke uitspraak aan of je het ermee eens bent of niet. Leg ook uit waarom je dat vindt.

  1. Uitspraak Sven: ‘Wees altijd jezelf.’ (blz. 9)
  2. Uitspraak van Sven tegen Parker:  ‘Soms gebeuren er rottige dingen. Deal with it.’ (blz. 105)