Klem: Opdracht

Opdracht niveau Start | Inleven

In het stukje 'Wie is wie?' achter in het boek schrijft Mel Wallis de Vries: 'Het personage Nynke van der Heide uit Klem is voor een deel gebaseerd op de echte Nynke van der Heide. Zij is de winnares van een wedstrijd waarmee je een rol in Klem kon winnen.'

Stel je voor: jij bent degene die de wedstrijd heeft gewonnen en je bent een personage in Klem.

Titel Klem
Niveau boek niveau 1
Opdracht niveau Start | Inleven
Studielast 2 uur
Werkvorm individueel
Focus inleven
Je leert je inleven in het verhaal.
Gemaakt door Marlies Schouwstra

A

  1. Met wie wil je op de slaapkamer of slaapzaal liggen? Bij Floris, Tony en Milan op de jongenskamer, bij Nynke, Juno en Kiki op de meisjeskamer, op de meidenzaal bij Anneke en Lotte of op de jongenszaal? Waarom?

  2. Met wie ga je het meest om? Waarom?

  3. Aan wie heb je de grootste hekel? Waarom?


B

Schrijf vier hoofdstukjes van elk minimaal 100 woorden, waarin je zelf aan het woord bent. Doe het net zoals in het boek: boven het hoofdstuk staat jouw naam en een tijdstip en je schrijft in de ik-vorm. Maak gebruik van je antwoorden op de A-vragen.

Het eerste hoofdstukje speelt op woensdag, het tweede op donderdag, het derde op vrijdag en het vierde op zondag (als je weer thuis bent).

C

  1. Je bent nu heel even een personage in Klem geweest. Wat was jouw rol in het verhaal? Had je alles snel in de gaten? Ging je op onderzoek uit? Speelde je een heldenrol? Of probeerde je juist om je van alle gebeurtenissen afzijdig te houden?

  2. Past de rol die je voor jezelf hebt gekozen bij hoe je bent? Leg uit.