Test.: Opdracht

Opdracht niveau 3

Titel Test.
Niveau boek niveau 2
Opdracht niveau 3
Studielast 1 uur
Werkvorm individueel
Focus intertekstualiteit
Je leert intertekstualiteit herkennen en (de functie ervan) begrijpen
Gemaakt door Esther Burger
Bron 1 'Intertekstualiteit', in: Joke van Balen e.a., Basisboek literatuur, Groningen Uitgeverij kleine Uil, 2009, p.100.

A

Vraag 1

De hoofdpersoon van Test. heet Elvis. Waarom hebben zijn ouders hem Elvis genoemd?


Vraag 2

Op welke manier komt Elvis (Presley) nog meer voor in het verhaal? Noteer twee verschillende situaties.


B

In Test. heeft elk hoofdstuk een Engelse titel. De titels verwijzen naar nummers van Elvis Presley.

Vraag 1

Hieronder staan vijf hoofdstuktitels. Zoek de songteksten van deze nummers op en vat per titel kort samen waarover dit lied gaat.

Hoofdstuk 3: Viva Las Vegas
Hoofdstuk 10: Hound dog
Hoofdstuk 21: It’s now or never
Hoofdstuk 31: Devil in disguise
Hoofdstuk 35: Heartbreak hotel


Vraag 2

Leg per titel uit wat de songtekst te maken heeft met het desbetreffende hoofdstuk.


Vraag 3

Waarom zou Mirjam Mous de hoofdstuktitels hebben gebaseerd op liedjes van Elvis Presley? Kies uit:

Optie A: De schrijver is een groot fan van Elvis Presley.
Optie B: De titels zetten je op het spoor van iets wat heel belangrijk is in het verhaal.
Optie C: De vader van de hoofdpersoon is een Elvis-imitator, dus de schrijver vond de songtitels een goede aanvulling.
Optie D: De zanger Elvis Presley mogen we nooit vergeten.
Optie E: Anders, namelijk …


Vraag 4

Wat vind jij ervan dat Mirjam Mous de hoofdstuktitels heeft gebaseerd op liedjes van Elvis Presley? Had zij deze titels ook anders kunnen noemen of voegen ze echt iets toe aan het verhaal? Leg je antwoord uit.


C

Welk nummer van Elvis Presley vind je het best passen bij het hele boek? Leg je antwoord uit. Let op! Dit mag ook een ander nummer zijn dat de hierboven genoemde nummers.


(Literaire)theorie

Soms schrijven schrijvers over films, boeken, muziek of kunst van anderen. Meestal doen schrijvers dit niet voor niks, maar heeft het een functie. Dit heet intertekstualiteit