De honden: Opdracht

Opdracht niveau 3 | Spanning: open plekken

Titel De honden
Niveau boek niveau 3
Opdracht niveau 3 | Spanning: open plekken
Studielast 2 uur
Werkvorm individueel
Focus spanning: open plekken
Je leert over open plekken.
Gemaakt door Jildau Vrieswijk

A

Bij spanning denk je vast al snel aan een spannend verhaal waarin iemand achtervolgd wordt of een moord opgelost moet worden. Dit soort boeken noemen we detectives of thrillers. In literatuur betekent spanning echter niet dat het verhaal ook meteen heel spannend is. Spanning in literatuur betekent dat een lezer, om wat voor reden dan ook, verder wil lezen.


Vraag 1

Noteer een voorbeeld uit De honden waar je graag verder wilde lezen.


Vraag 2

Wat hoopte je voor antwoord te krijgen bij het voorbeeld dat je bij vraag 1 hebt genoemd?


B


Vraag 1

Noteer in de eerste kolom tien open plekken.


Vraag 2

Noteer in de tweede kolom hoe de open plek is ingevuld.


Vraag 3

Noteer in de derde kolom of er bij deze open plek sprake was van een korte of lange spanningsboog.


Vraag 4

Noteer in de vierde kolom of het antwoord op de open vraag aan je verwachting voldoet of niet.


Vraag 5

Noteer in de vijfde kolom of deze open plek onder de noemer 'actiespanning' of 'psychologische spanning' valt.

C


Vraag 1


Welke open plek was voor jou de belangrijkste open plek in het verhaal? Anders gezegd: door welke open plek wilde je het liefst blijven doorlezen?


Vraag 2

Vind je open plekken die een korte of lange spanningsboog veroorzaken leuker? Leg je antwoord uit.


Vraag 3

Vind je actiespanning of psychologische spanning belangrijker in een verhaal? Leg je antwoord uit.


Vraag 4

Van wat voor soort spanning is er vooral sprake in De honden? Leg je antwoord uit.


(Literaire)theorie


Spanning
 - Vaak wil je in een verhaal doorlezen, omdat er een vraag ontstaat: je wilt graag weten hoe het verder gaat. In de literatuur noemen we de plek waar de vraag ontstaat een open plek. Soms wordt die open plek al snel ingevuld, maar soms duurt het ook een lange poos voordat je antwoord op de vraag krijgt. In sommige gevallen krijg je zelfs helemaal geen antwoord op je vraag. In dat geval is er sprake van een open einde. De tijd die tussen de open plek en het antwoord zit, noemen we in de literatuur de spanningsboog. Als het antwoord snel gegeven wordt, is er sprake van een korte spanningsboog. Als het lang duurt voordat de open plek ingevuld wordt, heb je met een lange spanningsboog te maken. Een overzicht van spanningsbogen kun je in de onderstaande afbeelding vinden.

In de literatuur is er sprake van twee soorten spanning: actiespanning en psychologische spanning. Bij actiespanning gaat het om de gebeurtenissen in het verhaal. Bij psychologische spanning gaat om de gedachten en gevoelens van de personages.