Zaden en vruchten

Werkstukken en spreekbeurten

Voor het ontwikkelen van zaden moet een bloem bestoven worden. Alle bloeiende planten komen voort uit zaden. Heb jij weleens een boon in de aarde gestopt en bekeken wat daaruit groeit?

Bevruchting

De meeste planten vermenigvuldigen zich door het maken van geslachtscellen, die zich verspreiden. Bij bloeiende planten zitten de mannelijke cellen in stuifmeelkorrels. Dieren (bijvoorbeeld bijen), wind en water kunnen deze onder andere planten verspreiden. Bereikt de stuifmeelkorrel de juiste bloemsoort, dan wordt de vrouwelijke eicel bevrucht en zo ontstaat zaad.

Vruchten en zaden

In elk zaadje zit een kiem (jong plantje) met een voedselvoorraad. Het zaad zit in een vrucht ter bescherming van de groeiende zaadjes. De vruchtjes worden door de wind of dieren verspreid.

Verspreiding

De zaden van planten worden op verschillende manieren verspreid. Sommige zaden hebben vleugels (een plataan bijvoorbeeld) of parachutes (paardenbloem). Deze worden dan door de wind verspreid. De zaden van bijvoorbeeld de kokospalm en waterlelies drijven mee op het water. Sommige planten hebben vruchten. Als deze rijp zijn, barst de droge dop open en springt het zaad er met een geweldige klap uit. Dieren (bijvoorbeeld vogels) helpen ook mee aan de verspreiding door zaden te eten. Sommige zaden blijven kleven of hebben haakjes. Ze blijven aan de vacht van een dier zitten en worden op die manier verspreid.